Zondag 20 januari 2013 – Sneeuweritis

Ik durf het bijna niet te zeggen, maar ik vind die sneeuw eigenlijk wel heel erg leuk…
Overal hoor ik mensen klagen over het ‘vieze weer’, de ‘kou’, ‘gladheid’ en ‘chaos op de weg’. Maar jeetje, het heeft toch ook léuke kanten?! Kijk eens naar buiten… zie hoe waanzinnig mooi alles is. Iedere tak van een boom is voorzien van een hagelwit laagje sneeuw. De hele wereld lijkt plots veel lichter, helderder.
En daarnaast heeft het -vind ik- ook altijd iets spannends. Iedereen die de weg op gaat vraagt zich af óf en hoe laat hij aankomt, als je de oprit afrijdt hoop je dat je niet per ongeluk tegen de auto aan de andere kant van de weg aan glijdt… Het saaie dagelijkse leven wordt er op die manier wat spannender door. Het zal wel persoonlijk zijn, maar ik kan daar wel de lol van inzien. Die paar dagen per jaar.

Zelfs mijn kat wordt hartstikke blij van deze besneeuwde wereld. Met zwiepende staart springt ze door de lucht om alle vlokjes te vangen, rent ze in galop over het terras om slidings te kunnen maken en maakt ze salto’s van plezier. Heel vermakelijk om naar te kijken.
Laatst zag ik Charlie echter in de sneeuw zitten, een beetje speels met haar pootje ergens tegenaan meppend. Vanachter het raam keek ik nog iets beter. “Wat heeft ze daar nou?” vroeg ik.
Ineens zag ik het donkere dingetje bewegen.
“Een muis! Ahh nee, ze heeft een muisje!” riep ik.
Zo snel als ik kon schoot ik een paar laarzen aan en sprintte de tuin in. “Afblijven, Charlie!” schreeuwde ik. “Nee, hier komen jij, laat die muis met rust. Kom hier! Neee! Afblijven!”
Ik realiseerde me dat ik nogal hysterisch aan het doen was, al ploeterend door de sneeuw, en hoopte dat niemand me zou kunnen horen.
Terwijl ik uit alle macht probeerde Charlie te vangen, zag ik het kleine muisje in de sneeuw zitten. Het was amper 3 centimeter groot en zag er o zo schattig uit… Charlie was als rasechte jager reuzetrots op haar vangst en snapte duidelijk niet waar ik me zo druk om maakte. Laat staan dat ze zich zomaar door mij zou laten grijpen. Ze wilde die muis, daar bestond geen twijfel over.
Nou ben ik dol op Charlie, maar in deze situatie stond ik aan de kant van het muisje. Ik bedoel, stel je voor… je zal maar 3 centimeter klein zijn en dan als speeltje worden gebruikt door zo’n groot beest. Het muisje was nog hartstikke levend en hupte wat door de sneeuw. Charlie vond die bewegingen juist leuk en werd er steeds enthousiaster door. Ze verschool zich voor mij achter een plantenbak.
“Charlie, kom hier!” bleef ik proberen.
Uiteindelijk rende Charlie op de muis af en duwde ik haar plat op de grond. “Zo! Nu heb ik je,” en ik nam Charlie mee naar binnen. Het was gelijk gedaan met de sneeuwpret. Muisje gered, maar Charlie uiterst gefrustreerd.

Als ik nu naar buiten kijk zie ik vooral sneeuwstorm. De vredig neerdwarrelende vlokjes hebben plaats gemaakt voor weersomstandigheden waarbij je zo ongeveer yeti’s verwacht.
Morgen moet ik om 9:00 uur in Amsterdam zijn, dus ik denk dat ik maar om 7:15 ga rijden… We gaan wel meemaken hoe de ‘chaos op de weg’ zal zijn. Reuzespannend!

P.S
Oja trouwens, Charlie kwam de volgende dag weer vrolijk en apetrots aangehuppeld met datzelfde muisje (denk ik, zeker weten). Maar toen hadden hysterische reddingsacties duidelijk geen zin meer… Wat een vrede op aarde weer, maar niet heus.

Dit bericht is geplaatst in Zonder categorie. Bookmark de permalink.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *